Laatst sprak ik twee ouders van een meisje van een jaar of 12. Ze zit in het laatste jaar van het primair onderwijs en heeft haar keuze gemaakt voor vervolgonderwijs. Omdat de ouders de afgelopen jaren merkten dat er een en ander speelde bij hun dochter, zijn ze op zoek gegaan naar duiding achter haar gedrag en haar ogenschijnlijke problemen met concentratie op school.
Het meisje is door een professionele organisatie getest op cognitieve vaardigheden, waarbij een uitgebreide vragenlijst is afgenomen met ouders en school over haar sociaal emotioneel welbevinden en gedrag. Er werden wat aanwijzingen gevonden voor ADHD, maar de testende organisatie vond het vooralsnog geen overduidelijk geval van ADHD.
Ouders twijfelen
Het gesprek dat ik met de ouders had, kwam voort uit de twijfel die bij de ouders was blijven hangen. Het beeld dat op school van het meisje bestond, strookte niet met het beeld thuis of bijvoorbeeld bij sport.
In een eerdere blog heb ik de officiële diagnostische criteria voor ADHD beschreven. Aan een goede diagnose gaat en zorgvuldig proces én kennis van ADHD vooraf. Als het proces niet klopt of de expertise ontbreekt krijg je overdiagnose (te veel onterechte diagnoses ADHD) of onderdiagnose (geen diagnose ADHD, waar dat wel had gemoeten).Een van de zwakke punten in het proces is de zelfrapportage door ouders en school. Hier gaat, onbewust, een vooroordeel meewegen over wat ADHD is. Hierdoor krijg je confirmation bias, je herkent die dingen die in jouw beeld passen en veronachtzaamt dingen die niet bij jouw beeld kloppen.
Meisjes zijn geen jongens, ook niet bij ADHD
Wat wellicht bij de diagnose van het meisje is misgegaan, is een combinatie van confirmation bias en gebrek aan (basis)kennis over de de presentatie van ADHD en dan specifiek het verschil in presentatie tussen jongens en meisjes.
Er is in de loop de jaren veel wetenschappelijk onderzoek gedaan naar de symptomen van ADHD in gedrag, en dan in het bijzonder hoe dat gedrag eruit ziet, de presentatie. Daarnaast is er veel bekend over niet zichtbare symptomen die door een gestructureerd interview wel boven water kunnen komen.
Het is belangrijk om oorzaak en gevolg van gedrag goed te kunnen scheiden. Een gedragsreeks is sequentieel, met andere woorden, gedrag ontstaat nooit zonder trigger en zonder context.
Het belangrijkste inzicht in de presentatie is dat die bij meisjes en jongens significant anders (kunnen) zijn.
In 33 tot 50 procent van de gevallen wordt ADHD bij meisjes niet herkend. ADHD komt bij meisjes namelijk anders naar voren dan bij jongens. Zo kunnen de symptomen minder duidelijk zijn. De volgende signalen van ADHD kunnen er anders uitzien bij meisjes.
ADHD wordt vaak onterecht omschreven als ‘Alle dagen heel druk’. En hoewel jongens met ADHD inderdaad vaak erg hyperactief en onrustig zijn, is dit bij meisjes lang niet altijd het geval. Hieronder lees je hoe ADHD bij meisjes zich uit.
ADHD bij meisjes herkennen afgezet tegen stereotype ADHD-jongensgedrag
Je kunt het aan de hand van de volgende punten herkennen:
1. Minder hyperactief
Het nummer één symptoom dat, vaak onterecht, wordt geassocieerd met ADHD is hyperactiviteit. Maar in vergelijking met de jongens met ADHD, hebben meisjes minder moeite met stilzitten.
2. Minder impulsief
Meisjes kunnen ook beter hun impulsen onder controle houden. Meisjes komen veel minder in de problemen door impulsief gedrag. Ze hebben minder moeite om normatief gedrag te laten zien dan jongens met ADHD.
3. Minder drukke aanwezigheid op school
Omdat de meisjes met ADHD minder impulsief en hyperactief zijn, is de kans groot dat hun ADHD ook op school minder makkelijk wordt opgemerkt. Ze glippen er als het ware tussendoor, omdat ze zich rustiger gedragen en zich wat meer op de achtergrond houden.
4. Ze zijn vaker afgeleid
Een signaal dat de jongens en meisjes wel met elkaar gemeen hebben, zijn de concentratieproblemen. De meisjes zijn net zo vaak en snel afgeleid. Het ziet er bij hun iets anders uit: ze zijn meer aan het dagdromen, komen teruggetrokken over en zijn afgeleid in de klas. Wat dat betreft zou je kunnen zeggen Alle Dagen Heel Dromerig.
5. Ze hebben meer last van gevoelens als schaamte en een laag zelfbeeld
Het kan voorkomen dat een meisje met ADHD zich schaamt voor het feit dat ze zich maar moeilijk kan focussen of opletten. De kans is groot dat ze het zichzelf kwalijk gaat nemen dat ze met bepaalde (sociale) dingen moeite heeft. Dit kan een behoorlijke impact hebben op het zelfvertrouwen.
6. Ze vertonen geïsoleerd gedrag
Voor zowel jongens als meisjes met ADHD kan het moeilijk zijn om vrienden te maken. Voor meisjes komt hier een extra uitdaging bij kijken. Vaak wordt van meisjes verwacht dat ze bepaalde sociale vaardigheden hebben. Bijvoorbeeld dat ze zich kunnen inleven in een ander, gevoelens tonen en subtiele sociale hints oppikken. Omdat dit met ADHD lastiger is, kan het zorgen voor sociale problemen.
7. Ze zijn erg emotioneel en heel gevoelig
Sterke uiteenlopende emoties en ADHD gaan vaak hand in hand. Meisjes komen wel vaak hypersensitief en extreem emotioneel over ten opzichte van jongens.
8. Ze praten heel veel
Kletsen is een favoriete bezigheid van veel kinderen. Maar bij meisjes met ADHD staat het gevoel om te stoppen met praten zo’n beetje uitgeschakeld. Ze zijn ook vaker geneigd om gesprekken van anderen te onderbreken. Bovendien kunnen ze het niet goed aanvoelen als het niet gepast is om te spreken.
9. Ze hebben een grotere kans op het ontwikkelen van depressies en angststoornissen
Als de klachten van ADHD niet behandeld worden, kunnen de meisjes in hun latere leven last krijgen van andere stoornissen. Denk aan depressies, verslavingen en angststoornissen. Dit kan vooral in de periode van de puberteit ontstaan. Maar het is ook denkbaar dat dit pas jaren later gebeurt als volwassen vrouw. Ook al valt ADHD dus minder op dan bij jongens, het is dus nog steeds belangrijk dat meisjes ook de juiste behandeling en erkenning krijgen.
Alles op een rijtje: jongens zijn geen meisjes, meisjes zijn geen jongens
Zoals bij al het gedrag op school, is iedereen uniek en verschillend. Toch zijn er ook veel overeenkomsten tussen kinderen. Dit kan zijn op socio-economische achtergrond, geografische herkomst, maar ook geslacht. Het gemiddelde meisje gedraagt zich, ondanks haar uniciteit, anders dan de gemiddelde jongen.
Veel medische en psychologische diagnostische criteria zijn echter tot stand gekomen met de man als vertrekpunt.
Goede kennis van diagnostische criteria en genderspecifieke verschillen zijn dus niet alleen in de spreekkamer, maar ook in het klaslokaal hard nodig.
Heb je zelf vragen naar aanleiding van deze blog, neem gerust contact met me op.